Vier kantoorpanden van Vesteda op het Amsterdamse bedrijventerrein Overamstel kregen onlangs een nieuwe bestemming. De gebouwen langs de Joan Muyskenweg, parallel gelegen aan de A2, zijn daartoe in paren geassembleerd en opgehoogd tot eigentijdse, robuuste woongebouwen. “Wij hebben deze Design & Build-tender ‘from scratch’ opgepakt”, zegt commercieel directeur Boaz de Boer van Heddes Bouw & Ontwikkeling, contracthouder van een project dat in een besloten tenderfase vaste vorm kreeg.
Met Boaz de Boer en Joost Ector (Ector Hoogstad Architecten) zitten de geestelijk vaders aan tafel van een ontwikkeling die evengoed een ander resultaat had kunnen hebben. “De gemeente wil op korte termijn een brug van dit gebied naar het Amstelkwartier aan de overzijde van het water. De snelweg A2 wordt afgewaardeerd, maar een langetermijnvisie voor het bedrijventerrein langs de Joan Muyskenweg was er nog niet toen wij begonnen”, zegt Ector. “Wij hebben met de eigenaar en tenderpartijen, een integraal team met als adviseurs DWA en IMd, invulling gegeven aan de nieuwe bestemming voor vier typische kantoorpanden uit de jaren negentig: strak geschakelde, middenhoge betonnen dozen met aan de ene zijde water en aan de andere een drukke weg. Door de koppeling tot robuuste, pakhuisachtige volumes met een optopping als ‘wolken’, is dit plan economisch aantrekkelijk voor de opdrachtgever.”
Bestaande casco’s zijn gekoppeld en voorzien van optopping.
Integrale aanpak
De 191 gerealiseerde vrijesector-appartementen zijn inmiddels overgegaan in handen van Vesteda en het plan heeft de naam ENTER AMSTERDAM gekregen. Twee- tot vierkamerappartementen van 50 tot 120 m² maken deze gebouwen een gewilde woonbestemming voor ‘young professionals’, met uitzicht op de skyline van Amsterdam. De Boer: “De integrale aanpak van onze inzending heeft de doorslag gegeven in de gunning. De transformatie is met een verbeterd programma aangeboden binnen een technisch bruikbare opzet, en turnkey uitgevoerd. Wij stripten de vier gebouwen tot op het cascoskelet, koppelden deze middels een gestorte, onderheide constructie in het midden tot twee identieke panden – voorzien van een hoogwaardige metselwerkgevel met ruime glaspartijen en afgehangen balkons – en verhoogden de twee nieuwe woongebouwen met een lichte, drielaagse staalconstructie voorzien van anhydrietvloeren. Deze optopping is afgewerkt met een composietgevel.”
‘Geen standaard receptuur’
“Wij werken voor een opdrachtgever die vrijheid geeft in het programma, binnen hun eigen visie. Dit houdt in dat je, met alle stakeholders, ruimtes zo inricht dat er bijvoorbeeld in de toekomst gasloos kan worden gestookt, en dat er in de plint mogelijkheid is voor commerciële exploitatie. Smart Building noemen wij dat, en dat is niet alleen een bouwtechnisch verhaal”, aldus De Boer. “De essentie van transformatie is dat er geen standaard receptuur is”, stelt Ector. “De kunst was hier om hoogwaardige woningen te realiseren; dat is gelukt op basis van integraliteit. Men had om economische redenen ook kunnen slopen. De eigenaar wilde echter maatschappelijk verantwoord omgaan met deze panden, en het is uitdagend mee te ‘engineeren’ aan een dergelijke ontwikkeling, met oog voor elkaars belangen. Voor de gemeente is het geen dagelijkse kost dat zij een kant-en-klaar plan voorgeschoteld krijgt, maar zij heeft met randvoorwaarden als een soepele parkeernorm toch mede vorm gegeven aan het toekomstperspectief.”
Oud versus nieuw, met toekomstige fietsbrug richting Amstelkwartier. (Beeld: Ector Hoogstad Architecten/)
‘Vroegtijdig keuzes vastleggen’
Het autobezit onder stadsbewoners daalt en het gebied wordt ook steeds beter bereikbaar met het openbaar vervoer. “Dan moet je voorsorteren op de toekomst, bijvoorbeeld zoals hier met een deelautoconcept”, zegt Ector. De woongebouwen aan de Joan Muyskenweg zijn in 2017 en 2018 seriematig gebouwd, onder meer om kantoorhuurders tijd te geven te verhuizen. “Wat Joost zegt, klopt: je had hier gemakkelijker kunnen slopen”, zegt De Boer. “Het creëren van extra daglicht door middel van glaspartijen vroeg bijvoorbeeld om verwijdering van delen van de betonconstructie. En de logistieke ruimte voor de realisatie van de koppelconstructies was krap. De optopping kende bovendien een totaal andere bouwlogistiek dan de transformatie van het bestaande casco, die omsteigering vereiste, terwijl één lange zijde aan het water ligt. Behoorlijk uitdagend dus, maar als partijen die elkaar vertrouwen geloven in het eindresultaat en vroegtijdig keuzes vastleggen, kun je met slimme oplossingen iets unieks doen.” Ector: “En het mooie van dit project is: het eindresultaat ziet er precies uit zoals beoogd in de tender.” ζ