Hebel brengt licht aan het einde van de tunnel

Champignonteler Pieter van den Boomen zag zijn bedrijf in mei 2018 in vlammen opgaan, maar is tegen alle verwachting in nu al weer bijna back in business. Hebel cellenbeton bracht licht aan het einde van de tunnel.

Het was alle hens aan de dek voor de Brabantse brandweer op 23 mei van dit jaar. In de vroege ochtend kreeg het korps de melding van een zeer grote brand bij een champignonteler in Gemert. Die was ontstaan vanwege een kortsluiting in een regelkast. Bij de teler, die jaarlijks zo’n vijf miljoen kilo champignons produceert, werd 6.000 vierkante meter bedrijfsruimte verwoest. Dat is het equivalent van acht champignoncellen van zo’n honderd meter lang.

Wanden volledig intact gebleven
De verloren gegane champignoncellen waren een combinatie van Hebel cellenbeton (wanden) en een plafond van houtskeletbouw. Tijdens het inferno hield het Hebel cellenbeton moeiteloos stand, maar werkten de tempex-plafondplaten (in combinatie met het houtskelet) als brandversnellers. Voor de champignonteler uit Gemert stond daarom één ding als een paal boven water: de nieuwe teeltcellen moeten volledig met cellenbeton worden gebouwd. “Heel simpel; want dat brandt niet”, zegt Van den Boomen. Dat heeft hij nu zelf ervaren. “In een van de tunnels lagen tientallen nylon netten die tijdens de brand voor een gigantisch hoge temperatuur hebben gezorgd. Maar aan de wanden was na de brand nauwelijks iets te zien, die waren volledig intact gebleven.”

Compartimenteren niet nodig
De keuze voor Hebel heeft daarom veel te maken met de strenge eisen voor brandveiligheid vanuit de brandweer, de gemeente en zijn verzekeraar. “We hadden voor een andere oplossing voor het plafond kunnen kiezen, maar dan had de verzekering compartimentering van de tunnels geëist om aan de toegestane vuurlast te kunnen voldoen. Dat zagen we niet zitten.” Toen Van den Boomen de verzekering inlichtte dat de acht nieuwe teeltcellen volledig met Hebel gebouwd worden, gingen ze snel akkoord. “Ze worden gezien als op zichzelf staande brandcompartimenten die moeiteloos aan de verplichte vuurlast kunnen voldoen.”

Snelle herbouw
Het niet hoeven compartimenteren scheelt de champignonteler geld en tijd. Vooral dat laatste is belangrijk. Immers, als ondernemer wil je zo snel mogelijk weer back in business zijn. Hij is heel blij dat in januari al weer de eerste champignons geteeld worden. Dat is veel sneller dan voorzien. “Onze herbouw was natuurlijk niet gepland, het is een project dat er ‘tussendoor’ komt voor alle betrokken partijen. Gezien de huidige drukte in de bouw had ik daarom rekening gehouden met een herbouwperiode van een jaar. Dat we nu in januari, acht maanden na de brand, al weer kunnen telen is geweldig en te danken aan het meedenken van alle betrokken partijen en leveranciers.”

Acht nieuwe champignontunnels: de feiten
Na een verwoestende brand op 23 mei 2018 zijn de afgelopen maanden in razend tempo acht nieuwe teeltcellen gebouwd voor de Gemertse champignonteler Pieter van den Boomen. De wanden en plafonds zijn volledig opgetrokken met Hebel cellenbeton, de vloer is van gewoon beton. Elke cel is 95 meter lang, 6.10 meter breed en 4.65 meter hoog. Voor de nieuwbouw werd in totaal 7250 vierkante meter prefab cellenbeton wandelementen geleverd van 150 millimeter dik en 4775 vierkante meter zelfdragende prefab dakelementen van 240 millimeter dik. Voor het plaatsen van het cellenbeton stond acht weken tijd, slechts één week per tunnelcel.

Elke cel is 95 meter lang.

Product met toekomst
Samengestelde isolatieplaten, zelfdragende dakelementen en een viertal onderling combineerbare Prefab Solutions (UNIFAS, UNIPRE, UNIFIT en UNISIP): het productenpakket van UNILIN is zeer divers. Met uitzondering van het uit glaswol bestaande UNIPRE is het gehele gamma samengesteld uit PIR, een veelzijdig en brandwerend materiaal dat de nodige voordelen biedt. “Onze uit PIR gefabriceerde isolatieproducten kunnen allereerst in de volle breedte worden toegepast: voor utiliteitsgebouwen, maar ook voor bijvoorbeeld woningen en hallen”, aldus Van Gils. Daarnaast biedt PIR onder meer een grote drukvastheid, een hoge thermische isolatiewaarde en is het vocht­ongevoelig. Door de gereduceerde dikte van de UNILIN-platen is in vergelijking met andere materialen voor eenzelfde isolatiewaarde een beperkter volume isolatieplaten nodig. Dit resulteert in lagere transportkosten. “Momenteel zijn er rondom het gebruik van PIR als volwaardig isolatiemateriaal de nodige positieve ontwikkelingen gaande, zeker als het gaat om de brandwerendheid ervan”, vertelt commercieel directeur Leon de Kok. “In die flow gaan we als UNILIN mee. Zo hebben we ondertussen ook al een isolatieplaat met brandklasse B, iets wat tegenwoordig in de agrarische industrie een vereiste is. Het is een voorbeeld van slimme productontwikkelingen die hout snijden en waarmee we het begrip veiligheid op een nóg hoger niveau kunnen tillen. Aan dat alles leveren we graag een bijdrage.”