BPD (Bouwfonds Gebiedsontwikkeling) schreef in 2016 een prijsvraag uit voor Proeftuin Erasmusveld, waarbij ‘jonge’ architecten werden uitgedaagd om honderd woningen in één gebouw te ontwerpen. Van de vele inzendingen sprong de visie van het team rond Workshop Architecten, waar Ard Hoksbergen toen partner was, eruit.
Deze prijsvraag was voor Hoksbergen en zijn collega’s een perfecte kans om te laten zien wat ze in huis hadden. “We hadden voorgesteld om er een parkachtige woonomgeving van te maken, maar dan wel met een gebouw dat kleinschalig oogt en omringd is door groen. Want om nou in een mooi park een torenhoog gebouw neer te zetten, vonden wij op deze plek niet passend”, legt hij uit.
Dat kleinschalige was dan ook gelijk de grootste uitdaging van het project. “Honderd woningen in één gebouw met een mix van diverse mensen. Gezinnen, starters en senioren. Hoe geef je dat vorm, zodat het kleinschaliger voelt en goed aansluit bij de omgeving? We kozen voor een trapsgewijze opzet die hoger is aan de bosrandzijde en afloopt richting het park dat voor de deur ligt. Op deze manier maakt het gebouw een ‘zachte’ landing in het park. Aan de noordkant is het gebouw acht verdiepingen hoog, maar zo voelt het niet.”
Het project kreeg vorm in samenspraak met potentiële bewoners. “We hebben meerdere participatiebijeenkomsten georganiseerd samen met mogelijke bewoners en BPD. Je gaat samen in een gebouw wonen, dus is het belangrijk om mee te denken over wat je zou willen delen qua faciliteiten en wat niet.” Die bijeenkomsten hebben zeker hun vruchten afgeworpen. “Het was heel leuk om met potentiële bewoners te sparren: er kwamen ideeën uit die we zelf niet zo hadden ingevuld”, aldus Hoksbergen. “Zo hadden wij bedacht om het trappenhuis vol te maken met meerdere collectieve ruimtes zoals een gamekamer, bibliotheek en kinderdagverblijf. Dat werden wel meer dan tien ruimtes. Maar blijkbaar was er meer behoefte aan enkele kleine ruimtes en één hele grote ruimte waar bewoners dan hun verjaardag kunnen vieren of een VvE-vergadering kunnen houden.”
Tijdens de ontwerpfase is ook goed nagedacht over hoe duurzaamheid en collectiviteit elkaar kunnen versterken. “Er zitten meerdere functies in het gebouw die de woningen aanvullen”, gaat Hoksbergen verder. “Hierdoor woon je relatief klein, maar heb je toch het gevoel van ruimte. Zo is er een logeerkamer voor familieleden of vrienden die blijven slapen en zijn er gedeelde elektrische auto’s en fietsen in de garage. Ook is er een gedeelde wasbar waar bewoners onder het genot van een drankje hun was kunnen doen. Door al deze functies te delen, hoeft niet iedere woning zelf deze spullen aan te schaffen. Want nieuwe spullen kopen heeft een enorme, negatieve impact op het milieu.”
Ook de configuratie van het gebouw is erg bijzonder. “Rondom de collectieve binnenplaats staan feitelijk vier galerijflats, maar door het ontwerp valt dat helemaal niet op. Aan beide kanten van het gebouw heb je zowel balkons als galerijen. Dat zorgt ervoor dat alle woningen doorzonwoningen zijn en dus elke woning aan twee kanten licht en uitzicht heeft. En door de maat van de binnenplaats zijn alle woningen ook goed georiënteerd op de zon. Dat komt de leefbaarheid van het wooncomplex weer ten goede.”
Uw organisatie promoten via het Stedenbouw netwerk? Ik help u graag verder.